Karma politie

Vanochtend zat ik in de auto te luisteren naar de radio. Bij het stoplicht vlakbij mijn huis vertelde de deejay dat dit weekend het Best Kept Secret festival van start gaat met als grootste headliner: Radiohead. Het album OK Computer viert dit jaar zijn 20e verjaardag, zei hij. Zoals een dj betaamt werd elke lettergreep met kracht uitgesproken. Bij TWIN-TIG-STE, trok ik diep weg in mijn stoel. Het duizelde me even. Twintig jaar?

Ik sloeg linksaf, terwijl het nummer Karma Police begon. Op de parkeerplaats luisterde ik in trance het nummer helemaal uit. Daar zat ik weer, op een kamer in Zuid bij die vreselijke hospita, koptelefoon op, vlakbij mijn stereo die ik op mijn 16e had gekocht, te luisteren naar de klaagzang van Thom Yorke. Die koptelefoon waar ik altijd zulke zere oren van kreeg.

Op die kamer schreef ik gedichten over duiven, weet ik nog. En over onbereikbare liefdes. In een goedkoop schriftje.

Het is eigenaardig dat ik mezelf in die kuipstoel zie zitten voor de kast die ik met mijn broer had gebouwd in Groningen. Dat we dat kunnen. Hoe heette die film ook alweer? Interstellar, inderdaad.

“For a minute there, I lost myself, I lost myself!” galmde het in de auto.

Kijk hem daar nou zitten, die arme jongen. Ik heb zo’n zin om die gast op zijn schouder te tikken. Man, wat zou ie schrikken. Niet om dat effect natuurlijk, maar om hem te vertellen dat het naar omstandigheden op zich best goed is gekomen allemaal.

“Je leeft nog,” zou ik zeggen want ik weet nog dat ik in die tijd dacht een dodelijke ziekte onder de leden te hebben. “Ik ben er niet knapper op geworden,” zou hij dan zeggen waarschijnlijk.

Hij en ik zouden hoogstwaarschijnlijk de kroeg ingaan, daar zou ik wel vergif op durven innemen. De kans lijkt me ook vrij groot dat we belachelijk dronken zouden worden. Misschien zou ik dan tegen hem durven zeggen dat hij beter kan stoppen met die roman die hij aan het schrijven is, dat werd toch niks. En natuurlijk het grote nieuws dat hij twee leuke kinderen heeft. Maar misschien is het beter dat te verzwijgen, want ik kan me zo voorstellen dat mijn jongere ik zoiets niet op juiste waarde weet te schatten.

Pull me out of this aircrash,” hoor ik nu op mijn koptelefoon.

Zou ik over 20 jaar mezelf ook zien zitten voor mijn computer en de neiging hebben me op mijn schouder te tikken en zeggen dat het naar omstandigheden toch allemaal best goed is gekomen? Dat ik misschien maar moest stoppen met die stukjes tikken? Ik hoop het niet.

Tijdreizen. Het is maar een schouderklop van je vandaan.

Dit stukje delen
Dit bericht is geplaatst in column met de tags , , , . Bookmark de permalink.