Dubbelloops

Dubbel loops

Pleo, een wittee blanke,
en zijn halfbroertje Tauto,
een bruine zwarte
chocten door de witte sneeuw
onder een Postbankblauwe hemel
de glibberige treden trappen
van het liefdespad nog zo
groen als gras betredend
hun voeten warmend aan
de hete herinnering
van hun allereerste ontmaagding
nooit geweten hebbende dat incest
van je familie zo heerlijk lekker kon zijn.
“Je bent mijn chocoprins.”
“En jij mijn pondje Goudse.”
“Zullen we nog een keer?”
“Nu alweer?”

Dit stukje delen
Dit bericht is geplaatst in poëzie. Bookmark de permalink.