Als

Ik was onderweg in de auto richting Den Haag en er schoot me iets te binnen dat ik wilde opschrijven.

Op een ochtend namelijk, half wakker, dacht ik aan het concert van Peter Hook & the Light (zeg maar Joy Division zonder die dooie) van komende maand en ik stelde me voor hoe dat zou zijn. Ik had ze vorig jaar ook al gezien. Het voorstel in mijn hoofd kwam echter niet verder dan dat ene basloopje en toen moest ik me al weer omdraaien, zo blij werd ik er van. Ze zeggen dat muziek van Joy Division deprimeert, maar als ik alleen al aan dat basloopje denk, word ik al vrolijk.

In de auto noteerde ik Peter Hook in de app Notities, wat best gevaarlijk was met een gangetje van 120. Ik kreeg enorme zin het stukje te gaan schrijven over een concert dat nog moest komen. Het deed me denken aan het stuk dat ik schreef over Radiohead en mijn vroegere zelf. Hoe je als mens kan reizen in de tijd, met je verbeelding.

Ik wilde altijd al dat je (als lezer) zo dicht mogelijk op de huid van de hoofdpersoon moest kruipen. Niet zozeer om de intimiteit maar om de kracht van taal die ons in staat stelt samen in de tijd te reizen. Als in een kermisattractie, de zweefmolen, een lekker gevoel.

Misschien is dat ook wel het tragische aan de mens: bewust zijn dat de tijd verstrijkt. We zijn überhaupt niet in staat om ergens bij stil te staan. Uiteindelijk gaan je gedachten toch ergens anders heen, of je krijgt zin in een broodje tonijn.

Maar dat concert, in Paradiso, dat nog komen gaat, was goed man. Echt ongelooflijk. Of ongehoord, beter gezegd. Die bas. Toen ik die voor het eerst hoorde, in de jaren 80, wilde ik niks liever dan bassist worden en zulke baslijnen speelde. Zoals u weet, ben ik dat nooit geworden, ondanks dat ik wel een basgitaar heb gekocht. In 2003.

Je zou kunnen zeggen dat wanneer u mijn stukjes leest, je eigenlijk zit te luisteren naar een wannebee bassist van Joy Division. Niet heel melodisch misschien, maar wat zijn we zonder grondtoon? Ik ben uw basis.

De ervaring leert dat voornemens en verwachtingen vaak anders lopen dan je zou willen. Uit de pas met name. Zo stelde ik me in de auto voor dat ik dit stuk ging schrijven, thuis, met de koptelefoon op, op zoek naar dat ene basloopje. Maar zodra ik de muziek hoorde, kon ik niet meer schrijven. En zo schreef ik dus zonder muziek.

Ik heb de koptelefoon nu weer opgedaan en heb nog steeds niet het nummer gevonden met dat basloopje waardoor ik me weer twintig voelde, in de auto, en die ochtend laatst, en tijdens dat concert in oktober.

Vergankelijkheid is een kat en wij zijn een muis. Ian Curtis had dat al begrepen.

Dit stukje delen
Dit bericht is geplaatst in column met de tags , . Bookmark de permalink.